Behandeling en genezing van een botbreuk

Een botbreuk kan op twee manieren behandeld worden: door een operatie of zonder operatie. Een operatie wordt alleen uitgevoerd als deze een sneller of beter herstel oplevert. Als er geen operatie nodig is, zal het bot vanzelf genezen. Uw arts bepaalt of een operatie bijdraagt aan een sneller of beter herstel. Belangrijk voor het herstel zijn belasting en oefeningen, omdat dit niet alleen de breuk helpt genezen, maar ook spierkracht behoudt en stijfheid voorkomt.

Behandeling zonder operatie: Bij breuken waarbij de botstukken nauwelijks of niet verschoven zijn, maar wel stabiliteit nodig hebben, kan een behandeling met gips, een brace, mitella of korset geschikt zijn. Dit zorgt voor de benodigde rust om het bot te laten genezen. Voorbeelden hiervan zijn breuken van de pols of enkel. In andere gevallen kan het nodig zijn om voorzichtig te oefenen, meestal met een mitella, brace of korset.

Behandeling met operatie: Bij een operatie is het doel om de originele vorm en lengte van het bot te herstellen, zodat het goed geneest. Dit kan gebeuren met behulp van pennen, schroeven en platen. Enkele methoden zijn:

  • Mergpen: Een dikke pen wordt in de holle ruimte van een bot geplaatst en vastgezet met schroeven.
  • Plaat en schroeven: De botdelen worden met een plaat en schroeven aan elkaar bevestigd.
  • Alleen schroeven: De botdelen worden enkel met schroeven aan elkaar bevestigd.
  • Externe fixatie: Een metalen frame wordt buiten het lichaam geplaatst om de botdelen op hun plaats te houden. Dit is vaak nodig bij grote wonden of wanneer er te veel zwelling is om een definitieve pen of plaat te plaatsen.
  • Prothese: Als het bot ernstig beschadigd is en niet gerepareerd kan worden, kan het bot vervangen worden door een prothese, bijvoorbeeld van de heup of schouder.

Voor de operatie bespreekt uw arts of u onder volledige narcose gaat of alleen plaatselijk verdoofd wordt. Na de operatie is het meestal mogelijk om snel weer te oefenen, maar soms is er nog gips nodig. Uw arts bepaalt hoe zwaar u mag belasten en geeft aan of en wanneer pennen of platen verwijderd moeten worden.

Genezing van een breuk: Een breuk geneest pas als de botdelen voldoende stabiliteit hebben, zodat ze niet verschuiven. Dit kan met gips, mitella of een operatie. Er zijn twee manieren van genezen:

  1. Indirecte genezing (natuurlijk): Het bot geneest door gips of fixatie met een pen. Dit verloopt in vier fasen:
    • Fase 1 (0-10 dagen): Nieuwe botcellen worden aangemaakt.
    • Fase 2 (2-3 weken): Zacht weefsel verbindt de botdelen.
    • Fase 3 (4-6 weken): Het weefsel wordt harder en sterker.
    • Fase 4 (tot 1 jaar): Het bot krijgt zijn oorspronkelijke vorm en stevigheid terug.
  2. Directe genezing: Dit gebeurt zonder callusvorming, wat belangrijk is bij breuken in of rond een gewricht. De breuk wordt vaak behandeld met platen en schroeven en geneest vanuit de binnenkant in drie fasen:
    • Fase 1 (0-10 dagen): Nieuwe botcellen worden aangemaakt.
    • Fase 2 (2-6 weken): De breuk wordt vastgezet met platen en schroeven.
    • Fase 3 (tot 1 jaar): Het bot geneest intern.

Belasten en oefenen: Uw arts bepaalt of en hoeveel u de breuk mag belasten en of u mag oefenen. De term ‘oefenstabiel’ betekent dat u mag bewegen, maar het zegt niets over de belasting. De specialist kan ook aangeven of en hoeveel u mag belasten, bijvoorbeeld:

  • Onbelast: Geen belasting toegestaan.
  • Voetcontact / aantippend belasten: U mag de voet niet volledig belasten, maar wel licht afrollen zonder gewicht te zetten.
  • Gedeeltelijk belastbaar: U mag een bepaald percentage van het gewicht belasten.
  • Permissive Weight Bearing (PWB): De breuk kan volledig belast worden, maar de belasting moet afhankelijk van klachten en beweging plaatsvinden, onder toezicht van een fysiotherapeut.
  • Volledig belastbaar: U kunt het volledige gewicht belasten, maar bouw dit langzaam op.

Oefentips: Het is beter om meerdere keren per dag kort te oefenen dan één keer intensief. Het kan even duren voordat u het juiste tempo vindt, dus bespreek dit met uw arts of fysiotherapeut. Als u pijn heeft of het moeilijk vindt om de juiste balans tussen belasting en rust te vinden, neem dan contact op met uw zorgverlener.